Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Vreest niet, gij [80]beesten des velds! want de weiden der woestijn [81]zullen [weder] jong gras voortbrengen; want het geboomte zal zijn vrucht dragen, de [82]wijnstok en vijgeboom zullen hun vermogen geven. 80. Verg. hfdst.1 vs.18,19,20. Dit is als een antwoord op het schreeuwen der beesten tot God. 81. Hebr. eigenlijk, hebben voortgebracht; en zo in het volgende, dat is, zullen zo zekerlijk voortbrengen, alsof het voor ogen ware. 82. Verg. hfdst.1 vs.7,11,12, en Lev.26:4,20.